Kruid de kippenfilets met peper en zout.

Wrijf ze helemaal in met bloem.

Smelt een klontje boter in een pan en bak er de kippenfilets in tot ze helemaal doorbakken zijn. (niet meer roze vanbinnen).

Hou de kip apart op een bord.

Schil de look en snij fijn.

Bak de look in de pan van de kip. Voeg eventueel nog wat extra olijfolie toe.

Zet het vuur wat lager en blus met de kippebouillon, wijn en room.

Roer goed door elkaar.

Breng de saus aan de kook en kruid met peper en zout.

Voeg de parmezaan toe en de roomkaas toe. Roer alles mooi onder de saus.

Voeg ook de kappertjes toe en laat nog even koken tot de saus mooi dik is.

Voeg het citroensap toe en roer het door de saus.

Leg de kipfilets terug in de pan met saus en laat op een zacht vuurtje opwarmen.

Snij de citroen in schijfjes en verdeel over de pan.

Werk eventueel af met nog wat extra kappertjes.

Smakelijk!